Aardrijkskunde

12. Ontstaan van gebergten

Gegeven door:
Richard Mozes
Beschrijving Begrippen Examenvragen

De één houdt ervan, de ander niet: bergen. Maar of je er nu van houdt of niet, je komt ze tegen in de hele wereld. Wat opvalt, is dat een berg nooit alleen is. Hij heeft bijna altijd bergvrienden om zich heen. Hoe komt dat eigenlijk? Het heeft alles te maken met hoe bergen tot stand komen. Hoe ontstaan ze? Dat leggen we jou uit in deze video voor aardrijkskunde, dus als je hem hebt bekeken kun je straks antwoord geven op die vraag.

Breuken

Gesteente dat onder invloed van rek of druk in de aardkorst breekt.

Plooien

Gesteente dat door de druk in de aardkorst wordt verborgen.

Horst

De zijde van een afscheiding die omhoog is gebogen.

Slenk

De zijde van een afscheiding die omlaag is bewogen.

Plooiingsgebergte

Een gebergte wat is ontstaan door de combinatie van horizontaal werkende druk die zorgt voor plooiing van gesteentelagen en verticaal werkende krachten (het zoeken naar een drijvend of isostatisch evenwicht), die zorgen voor opheffing. De horizontaal werkende druk is het gevolg van subductie of botsing van continenten.

Breukgebergte

Een gebergte dat ontstaat door een hernieuwde opheffing van een door erosie afgebroken oud plooiingsgebergte. Vaak is de opheffing van de oude gesteenterestanten ongelijk en door verbuiging breuken kunnen horsten en slenken ontstaan.

Aardverschuiving

Puin massa die met water is verzadigd en naar beneden glijdt over een glijvlak. Bij veel aardverschuivingen komt glijden voor in combinatie met vloeien.

Puinwaaier

Waaiervormige afzetting van door een rivier meegenomen grof materiaal (grind, grof zand) onderaan een gebergte door de daling van de stroomsnelheid.

Pangea

Een continent dat ongeveer 225 miljoen jaar geleden bestond

Convergente plaatbeweging

De beweging waarbij aardkorstplaten naar elkaar toe bewegen.

Gebruik de atlas.
De Himalaya is het hoogste gebergte op aarde en er vindt nog steeds gebergtevorming plaats.

Beschrijf de wijze waarop tektonische bewegingen leiden tot gebergtevorming in de Himalaya.

B1. Samenhangen en verschillen op regionaal niveau

B2. Samenhangen en verschillen op aarde