Deze natuurkundige oefenopgave gaat over het berekenen van frequenties van trillingen en het bepalen van de tijdbasis voor een oscillogram. Deze gegevens gaan we aflezen uit een oscilloscoop. Je kunt deze video goed gebruiken om te testen hoe goed je deze leerstof al beheerst!
8. Oscillogrammen (Opgaven)

Het aantal trillingen per seconde. Er geldt f=1/T, waarbij f = frequentie (Hz) en T = trillingstijd (s). De eenheid is Hertz (Hz)
De lengte van een golfberg en een golfdal samen, gemeten in rechte lijn
Een golf die zich met een constante snelheid (v) voortplant in een bepaalde richting
Een door een oscillograaf opgetekende grafiek, of een op het beeldscherm van een oscilloscoop aanwezige figuur
Een apparaat dat elektrische trillingen weergeeft met een lichtpuntje
Een golf die zich niet in een bepaalde richting verplaatst. Alleen de amplitude varieert langs de golf
De tijd die nodig is voor een volledige trilling
De maximale uitwijking van een trillend object tijdens de trilling
Is een trilling die een object uitvoert als de netto kracht die erop werkt altijd naar de evenwichtsstand gericht is en evenredig is met de uitwijking van het object
Is de positie die het bewegende object zou innemen als het niet bewoog
Een trilling die zich voortplant is een medium