Geschiedenis

6. Nieuwe politieke koers van de Sovjet-Unie en de val van de Berlijnse Muur

Gegeven door:
Rick Ouwehand
Beschrijving Begrippen

We gaan het in deze video met uitleg voor geschiedenis hebben over drie onderwerpen. Het eerste onderwerp van de video gaat over de totstandkoming van een betere band tussen de BRD en de DDR. Hierna zal behandeld worden hoe onder leiding van Gorbatsjov het beleid van de Sovjet-Unie enorm veranderde. En in het laatste deel van de video wordt uitgelegd hoe het einde van de DDR inzicht kwam en het vallen van de Berlijnse muur.

E1: Opkomst en gevolgen van het nationaalsocialisme (1918-1945)

E2: Invloed van de Koude oorlog (1945-1961)

E3: Hereniging Duitslanden en integratie in Europa (1961-1991)

ThumbnailPlay

Samenvatting voor geschiedenis - Nieuwe politieke koers van de Sovjet-Unie en de val van de Berlijnse muur 


Hoe ontstond een betere band tussen BRD en DDR?

Vanaf de jaren 1960 verbeterde de relatie tussen de Sovjet-Unie en de Verenigde Staten. Er ontstond een nieuwe fase in de koude oorlog, die de detente wordt genoemd. Dit betekende verminderde spanning, en was ook terug te zien in Duitsland zelf. 


In de BRD werd in 1969 een nieuwe bondskanselier gekozen: Willy Brandt. Willy Brandt had een andere politieke tactiek dan zijn voorgangers. Het verschil was voornamelijk zichtbaar in het buitenlandse beleid. Adenauer en andere bondskanseliers waren namelijk gefocust op de integratie van de BRD in het westen, terwijl Brandt ook contact zocht met Oost-Europese landen. Het streven van Brandt om de relatie met Oost-Europese landen te verbeteren maar ook de samenwerking met westerse landen in stand te houden wordt Ostpolitik genoemd. 


Ostpolitik

De Ostpolitik was in eerste instantie niet succesvol. Dit kwam doordat de toenmalige leider van de DDR, Walter Ulbricht, niet wilde deelnemen aan de samenwerking. Ulbricht wilde namelijk eerst dat de BRD de DDR erkende als gelijkwaardige staat. De stijve houding van Ulbricht werd opgemerkt door de leiders van de Sovjet-Unie. Zij waren het niet eens met Ulbricht en stelden een nieuwe leider aan de macht, die soepeler was tegenover de Ostpolitik. Deze nieuwe leider kwam in 1971 aan de macht en heette Erich Honecker. 


Veranderingen door Ostpolitik

De Ostpolitik zorgde voor twee belangrijke veranderingen. De eerste was dat de BRD en de Sovjet-Unie de bestaande grenzen die ontstaan waren na de Tweede Wereldoorlog in Europa zouden accepteren. Dit was gunstig voor Polen, dat in de loop van de 19e en de 20ste eeuw vaak land had moeten inleveren. De grens tussen de DDR en Polen was vastgesteld, dus er was zekerheid voor de Polen. 


De twee verandering die de Ostpolitik met zich mee bracht, was dat de BRD en de DDR elkaar gingen erkennen als gelijkwaardige staten in 1972. Dit zorgde er mede voor dat de DDR kon toetreden tot de Verenigde Naties in 1973. Er ontstonden hierdoor ook meer overeenkomsten tussen de BRD en de DDR, wat er weer toe leidde dat er een versoepeling van regels ontstond. Het werd voor sommige Oost-Duitsers zelfs mogelijk om naar West-Duitsland te reizen, onder bepaalde voorwaarden. Dit was voorheen ondenkbaar. 


De BRD streefde naar de eenwording van Duitsland, maar daar moest de leider van de DDR echter niet aan denken. Honecker zag de Duitse deling namelijk als definitief. 


Veranderingen door Gorbatsjov

In 1985 werd Gorbatsjov de nieuwe leider van de Sovjet-Unie. In deze periode ging het slecht met het communisme: er waren voedseltekorten, het ging heel slecht met de economie en mensen verloren hun vertrouwen in de Sovjet-Unie. Gorbatsjov kwam met een nieuw politiek en economisch beleid om de SU en het communisme te redden. De kernpunten van zijn beleid vatte hij samen in twee woorden: glasnost en perestrojka


Wat is glasnost?

Glasnost betekent openheid en was gericht op het versoepelen van de censuur en vrijheid van meningsuiting te stimuleren in de SU. Mensen mochten commentaar hebben op de Sovjet-Unie zonder hiervoor gestraft te worden. 


Wat is perestrojka?

Het tweede woord, perestrojka, betekent hervormingen. Perestrojka was gericht op het ontwapenen van de Oost-Europese landen en het liberaliseren van de economie. Om te bewijzen dat Gorbatsjov achter zijn eigen beleid stond, moest Gorbatsjov afstand doen van de Brezjnev-doctrine. De Brezjnev-doctrine was ingevoerd om de Oost-Europese landen in de greep van het communisme te kunnen houden. Leden van het Warschaupact mochten namelijk ingrijpen als een communistisch land afstand wilde doen van het communistische beleid dat opgelegd werd door de SU. 


Maar, omdat het beleid van de SU onder Gorbatsjov openheid en hervormingen moest uitstralen, was de Brezjnev-doctrine natuurlijk niet meer op zijn plaats. Oostbloklanden kregen de kans om een eigen politieke koers te voeren. Dit betekende in veel gevallen het einde van het communisme en daarmee ook het begin van het einde van de Sovjet-Unie. 


De val van de DDR

Het nieuwe beleid van de Sovjet-Unie, onder leiding van Gorbatsjov, drong ook door in de DDR. De leider van de DDR, Honecker, was echter bang dat het invoeren van deze nieuwe koers de ondergang van de DDR zou zijn. Hij besloot dus om niet mee te doen aan de politiek van Glasnost en Perestrojka. 


De DDR zou het strenge communistische systeem proberen te handhaven. Er ontstond echter ontevredenheid onder de inwoners van de DDR. Via de televisie konden zij namelijk zien hoe goed hun buren het hadden in de BRD. Er was een verschil in welvaart dat niet onopgemerkt bleef onder de bevolking van de DDR. Ook openden sommige Oost-Europese landen hun grenzen vanaf 1889. Via een omweg langs de buurlanden van de DDR was het mogelijk voor de inwoners van de DDR om te ontsnappen naar de BRD. 


Vluchtelingenstroom van DDR naar BRD

De vluchtelingenstroom die tot stand kwam zorgde ervoor dat mensen in de BRD ook inzagen dat er wat gedaan moest worden aan de situatie in de DDR. In 1889 ontstond er een protestbeweging in de DDR zelf. Zij streden voor meer vrijheid en wilden een democratie maken van de DDR. Honecker kon de protesten niet zonder de hulp van de Sovjet-Unie neerslaan. Maar de Sovjet-Unie weigerde te helpen en in te grijpen in de DDR. De DDR-leiding had het zwaar en probeerde als laatste redmiddel een nieuwe leider aan de macht te stellen die de problemen zou moeten oplossen. 


In oktober 1989 werd Honecker afgezet en kwam Egon Krenz voor hem in de plaats. Krenz kon de situatie niet meer redden, en op 9 oktober van 1989 viel de Berlijnse muur. Na de val van de muur was het gemakkelijk geworden om naar de BRD te verhuizen voor de inwoners van de DDR, en dit gebeurde dan ook. In grote getalen vertrokken mensen vanuit de DDR, maar ook vanuit voormalige Oostbloklanden, naar het westen. Er kwam een enorme migratiestroom op gang, en het werd een uitdaging voor de Duitse democratie om werkloosheid te voorkomen. 


Werkloosheid

De immigranten uit de DDR waren namelijk niet gewend aan het westerse kapitalistische systeem waarbij zelfstandigheid voorop stond. In de DDR regelde de overheid banen voor haar burgers, maar in het nieuwe Duitsland moest dit op eigen initiatief gebeuren. Er ontstond grote werkloosheid, doordat de immigranten uit Oost-Duitsland niet gewend waren om zelf actie te ondernemen.  


Verkiezingen in 1990

De DDR was aan politieke verandering toe. Deze verandering kwam dan ook in maart 1990, ingeleid door democratische verkiezingen. De nieuwe leiders van de DDR waren van mening dat de eenwording van de BRD en DDR het beste was voor Duitsland. Frankrijk en Engeland dachten hier in eerste instantie anders over. Deze twee landen waren bang dat Duitsland weer zou uitgroeien tot een gevaarlijke macht binnen Europa. 


Om te voorkomen dat Duitsland opnieuw een oorlog zou starten was het, volgens de Fransen, nodig om Europese samenwerking te stimuleren. Er werden eisen gesteld aan de hereniging van Duitsland, zoals het invoeren van een Europese munt. Op 3 oktober in 1990 werden Oost- en West-Duitsland herenigd en Berlijn werd de hoofdstad van het nieuwe Duitsland. De bezettingsmachten hadden de hereniging uiteindelijk toch goedgekeurd, omdat de Duitse regering beloofd had mee te doen met de Europese samenwerking. 


Einde van de Sovjet-Unie

De Europese samenwerking werd ook gestimuleerd door het aftreden van Gorbatsjov in 1991 en hiermee het vallen van de Sovjet-Unie. De Sovjet-Unie veranderde haar naam in Rusland en de Koude Oorlog kwam door de val van de Sovjet-Unie tot een einde. Doordat de Koude Oorlog afgelopen was in 1991, konden westerse Europese landen weer samenwerken met de Oostbloklanden. 


Westerse samenwerking met de Oostbloklanden werd tijdens de Koude Oorlog tegengehouden door de Sovjet-Unie. De Europese samenwerking werd groter, net als de macht van Duitsland in Europa. Onder leiding van Bondskanselier Kohl, die enorm veel waarde hechtte aan Europese samenwerking, nam Duitsland steeds meer het voortouw in het nieuwe Europa. 


Duitse overname in Europa

Er waren drie redenen voor Duitse overname in Europa. De eerste is dat Duitsland een geografisch centrale ligging heeft in Europa. De tweede reden is dat Duitsland door haar DDR- en BRD-geschiedenis de politieke brug kon vormen tussen Oost- en West-Europa. De laatste reden voor de Duitse overname in het nieuwe Europa was dat de Duitse economie de sterkste was van de Europese landen.