In deze video wordt alles uitgelegd over de rivieren de Rijn en de Maas. Althans, alles wat je hierover moet weten voor je eindexamen aardrijkskunde. Onze Digistudiesdocent geeft uitleg over hoe deze rivieren ontstaan en welke factoren eventueel bij zouden kunnen dragen aan overstromingen in ons land.
1. Rijn en Maas

Het bovenste deel van de grondsoort of het gesteente waar de planten hun voedingsstoffen uit halen.
De totale hoeveelheid water die een rivier afvoert op een bepaalde plek per tijdseenheid (sec.)
Ontstaat door smeltwater uit de bergen, hierdoor staat de rivier hoger dan normaal.
Ontstaat door het smelt- en regenwater.
Een zandrug, direct naast de rivier gelegen, ontstaan door de sedimentatie bij een overstroming.
Als gevolg van de stijgende temperatuur en het huidige versterkte broeikaseffect stijgt de zeespiegel.
Houdt in de combinatie van bodemdaling en zeespiegelstijging.
Het stelsel van de hoofdrivier en zijn zijrivieren in een stroomgebied.
Het gebied dat afwatert door de rivier.
Gebruik de kaartbladen 36 en 37.
ln de twintigste eeuw is het overstromingsrisico langs de Neder-Rijn toegenomen. Het veranderde bodemgebruik in het stroomgebied van de Neder-Rijn en een verandering van het klimaat zijn hiervan belangrijke oorzaken.
Geef:
- een verandering van het bodemgebruik in het stroomgebied van de Neder-Rijn waardoor het overstromingsrisico is toegenomen;
- een verandering van het klimaat waardoor het overstromingsrisico is toegenomen.
- Uit het antwoord moet blijken dat in het stroomgebied van de Neder-Rijn verharding / verstening van het landschap heeft plaatsgevonden
- De laatste decennia valt er (vaker) meer neerslag in korte tijd / is het neerslagregime veranderd I is de neerslagintensiteit toegenomen