Bedrijfseconomie

6. Huis kopen vs. huren

Gegeven door:
Henk de Beuker
Beschrijving Begrippen Examenvragen

Deze video gaat over de afweging tussen het kopen of huren van een huis, waarbij we de de voor- en nadelen zullen bespreken. Vervolgens kijken we naar twee verschillende vormen van hypothecair krediet.

Annuïteitenhypotheek

Bij een annuïteitenhypotheek betaal je elke maand hetzelfde bruto bedrag. In het begin van de looptijd bestaat dit bedrag vooral uit rente, maar aan het einde van de looptijd vooral uit aflossing

Hypotheek

Een lening om een woning mee te kopen

Hypotheekaftrek

Bij het aflossen van een hypotheek kun je hypotheek(rente)aftrek krijgen. Kort gezegd houdt dit in dat je minder inkomstenbelasting betaalt gedurende de looptijd van de hypotheek

Hypotheekgever

Een persoon of instantie die een hypotheek verstrekt aan de hypotheeknemer

Hypotheeknemer

Een geldverstrekker, bijvoorbeeld een bank, die geld uitleent aan een hypotheekgever, bijvoorbeeld een koper van een huis

Kadaster

Het Kadaster registreert van al het vastgoed (grond en gebouwen) in Nederland wie welke rechten heeft

Lineaire hypotheek

Een hypotheek waarbij je gedurende de looptijd elke maand hetzelfde bedrag aflost

Makelaar

Een tussenpersoon die gespecialiseerd is in het kopen en verkopen van huizen

Notaris

Een notaris legt officieel vast wie de eigenaar van een huis is en begeleidt het juridische aspect van het koopproces

Taxateur

Een onafhankelijk en gediplomeerd persoon die de waarde van een woning schat

Edo en Jesse hebben op 1 januari 2019 een woning gekocht zonder Nationale Hypotheek Garantie (NHG).


W. Assuur heeft Edo en Jesse bij de keuze van een geschikte hypothecaire lening geholpen. Zij heeft hen onder andere gewezen op twee aflossingsvormen: lineair of door middel van annuïteiten.


De gekozen hypothecaire lening heeft een looptijd van 30 jaar en een vast interestpercentage gedurende 10 jaar. De hypotheekakte is opgemaakt op het kantoor van H van den Bergh.


Tijdens het koopproces van de woning hebben Edo en Jesse te maken gekregen met de kredietverstrekker en drie andere beroepsgroepen: de hypotheekadviseur, de makelaar en de notaris.


Geef voor zowel W. Assuur als voor H. van den Bergh aan tot welke van deze drie beroepsgroepen deze persoon behoort.

A1. Persoonlijke financiële zelfredzaamheid

A2. De oprichting van een eenmanszaak

A3. Van eenmanszaak naar rechtspersoon

A4. Perspectief op de organisatie