1. DNA en eiwitsynthese

Een drager van een deel van het erfelijk materiaal (DNA) van een organisme

De DNA streng die loopt van 5’ naar 3’. Deze zal identiek zijn aan de nieuw gevormde mRNA streng

Twee strengen DNA, die aan elkaar gebonden zijn met waterstofbruggen

Delen in het pre-mRNA die coderen voor een eiwit en niet zullen worden verwijderd bij splicing

Delen in het pre-mRNA die niet coderen voor een eiwit en ook zullen worden verwijderd bij splicing

mRNA waar de intronen nog inzitten, dus mRNA met niet-coderende delen

De structuur van een eiwit als deze net is gesynthetiseerd uit het proces translatie

De structuur van een eiwit als deze een complex met bijvoorbeeld andere eiwitten gaat vormen

Deel van het ruw endoplasmatisch reticulum, waar mRNA kan worden omgezet tot een eiwit met translatie

De structuur van een eiwit na vouwing in het endoplasmatisch reticulum en Golg

Proces waarbij het pre-mRNA wordt ontdaan van zijn niet coderende delen, de intronen, en vervolgens de exonen aan elkaar worden vastgezet. Het resultaat is mRNA

Aminozuur met het triplet AUG, wat het ribosoom signaleert dat de aminozuurketen begint

Aminozuur met meerdere mogelijke tripletten, die aangeeft dat de aminozuurketen klaar is en het ribosoom kan stoppen met de translatie

Proces waarbij DNA wordt omgezet in mRNA, gebeurt altijd van 5’ naar 3’

Proces waarbij pre-mRNA wordt omgezet in een eiwit in zijn eerste structuur. Dit gebeurt in de ribosomen

Drie codons aan elkaar, die samen een code vormen voor het maken van een aminozuur