Maatschappijwetenschappen

8. Macht, gezag en politieke participatie

Gegeven door:
Rogier Proper
Beschrijving Begrippen

Op deze pagina met uitleg voor maatschappijwetenschappen gaan we het hebben over macht, gezag en politieke participatie. We gaan hierbij kijken naar verschillende vormen van macht, machtsbronnen, de definitie van gezag en nog veel meer. Vergeet niet om ook de examenvraag te maken!

macht

De invloed die een persoon of groep heeft.

gezag

De aanvaarde macht van een persoon of organisatie.

soorten macht

In een samenleving kan je macht onderscheiden in 3 verschillende soorten: Uitvoerende macht, Rechtelijke macht en wechtgevende macht. Dit is er zodat er geen misbruik gemaakt kan worden van macht.

machtsbronnen

Dingen die je nodig hebt om macht te kunnen verwerven.

machtsverhouding

De betrekkingen tussen de machten.

machtsverdeling

De scheiding van machten, ook wel: trias politica.

geweldsmonopolie

Betekent dat de staat het alleen recht heeft op gebruik van geweld.

burgeroorlog

Een oorlog waarbij de strijdende partijen deel uitmaken van hetzelfde land of rijk.

dictatuur

Een regeringsvorm waarbij alle macht bij één persoon of een kleine groep ligt.

machtselite theorie

De macht ligt bij een kleine groep elite die het voor het zeggen hebben op politiek gebied en sociaaleconomsich gebied.

pluralisme theorie

In een samenleveing zijn er veel verschillende groepen en belangen die vaak tegengesteld zijn. De politieke macht is dan ook verdeeld over verschillende groeperingen.

electorale participatie

Meedoen met of helpen bij verkiezingen.

niet- electorale participatie

Mensen die op een andere manier actief zijn in de politiek, dus lobbyen of zelf mee doen met een debat, etc.

de instrumentale visie

Als mensen zoveel mogelijk meedoen aan de politiek, dat is het middel om te komen tot een goede keuze en de goede politieke besluiten.

C1. Sociale Ongelijkheid en De Ladder

C2. (Politieke) Macht, Gezag en Conflicten

C3. Maatschappelijke invloeden op sociale ongelijkheid n politieke stromingen

Macht

Macht hebben is het vermogen om het gedrag van anderen in een groep of samenleving te bepalen. Soms tegen hun wil en desnoods met gebruik van geweld, ten behoeve van degene die die macht heeft. In wezen gaat het simpelweg over de vraag: wie is de baas? Er zijn meerdere soorten macht, namelijk: persoonlijke macht, economische macht, politieke macht en militaire macht. Deze vinden we op verschillende niveaus, en wel tussen:


1. Personen onderling

2. Personen en groepen/organisaties

3. Organisaties en groepen (bijv. belangenorganisaties en belangengroepen)

4. Landen

5. Internationale machtsblokken (van landen, - zoals EU of NATO)


Hoe krijgt iemand de macht?

Er zijn verschillende manieren voor mensen om de macht te krijgen:

- Dankzij de wet (de overheid)

- Door verworven rechten (overerving), een koningshuis, voor zover dat nog macht heeft

- Door de meerderheid van kiezers na een verkiezing (politici)

- Door economisch bezit en/of geld (eigenaar(en)) van gigantisch bedrijf)

- Door bezit van wapens of door geweld (legerleiding)

- Door charisma (politicus of religieus leider in wiens macht men gelooft)


Gezag

Gezag is een vorm van macht, maar zonder dat er sprake is van het bepalen van het gedrag van anderen tegen hun wil. Je noemt het al gezag als mensen de macht van die gezagsdrager als legitiem accepteren. Deze macht wordt niet in twijfel getrokken, niet bestreden, maar als normaal en gerechtvaardigd ervaren. Het wordt vrijwillig geaccepteerd. Je kan dus zeggen: gezag is gelegitimeerde macht. Het is een machtspositie zonder gebruik van dwang.


Waaraan ontleent iemand of een groep zijn gezag?

- Persoonlijke, belangrijke kwaliteiten

- Een maatschappelijke positie waarin hij gewaardeerd wordt

- Bewezen prestaties, bewezen, althans voor groepsleden

- Het wekken van vertrouwen


Het verwerven van een respectvolle, gezagvolle positie, kost meestal wel enige tijd en moet voortdurend onderhouden worden. Maar het verliezen van gezag kan daarentegen razendsnel gaan. Het zijn in de Nederlandse democratie dan ook vooral politici en belangenorganisaties die gezag proberen op te bouwen om zo veel mogelijk invloed te kunnen uitoefenen, zonder dwang. Bij voldoende gezag zijn veel mensen namelijk bereid om te geloven en te doen wat politici zeggen.


Politieke macht

Politieke macht is het vermogen om de politieke besluitvorming te bepalen. Dus wat wel of niet mag, wat wel of niet gaat gebeuren in een maatschappij. In de politiek zijn de machtsverhoudingen bij wet geregeld. Zowel in een dictatuur als in een democratie. Zo heeft de Nederlandse overheid de macht - bij wet geregeld - om zo nodig met geweld haar macht en besluiten af te dwingen. Ze kán daarvoor politie en/of leger inzetten. Ze heeft een geweldsmonopolie, want alleen de staat mag dit geweld gebruiken daarvoor. Een monopolie betekent alleenrecht.


Machtsverdeling

Hoe de machtsverhouding dan ook bij wet geregeld is, sociale en politieke verschillen in de samenleving leiden tot een zekere machtsverdeling.

Hoe die machtsverdeling in een democratische maatschappij als de Nederlandse zich volstrekt, - daar zijn verschillende theorieën over. Twee ervan, waarvan je de strekking moet weten, zijn:


1. De machtselite-theorie. Deze zegt dat er een relatief kleine groep mensen de sleutelposities inneemt en veel macht heeft. Die heet dan de machtselite. Die bevindt zich in de grote concerns en instellingen, waarop de macht van de gekozen regering weinig invloed heeft.

2. De theorie van het pluralisme. Nee, zegt deze theorie van het pluralisme, de maatschappij bestaat uit verschillende groepen met elk hun eigen belangen. Door de open toegang tot de politieke besluitvorming (verkiezingen, en informele pressie, ook via media) is er juist altijd een spreiding van macht.


Politieke participatie

Politieke participatie is de deelneming aan de politiek en het politieke leven. Het is natuurlijk de bedoeling van een democratie - waar het volk behoort te heersen - dat zoveel mogelijk inwoners betrokken zijn, deelnemen, aan het politieke leven. De maatschappijwetenschap onderscheidt twee vormen van politieke participatie:


  1. Electorale participatie: dat mensen stemmen, lid zijn van een partij, of meewerken aan een verkiezingscampagne van een partij,
  2. Niet-electorale participatie: buiten partijen om, lobbyen, contact zoeken met politici namens groepen burgers of jezelf, meedoen aan protestacties op internet of demonstraties, of het lidmaatschap van een belangenorganisatie die pressie op de politiek uitoefent.


Leren voor maatschappijwetenschappen examen

Wil je nog meer weten over de politiek in Nederland en de rest van de leerstof die jij moet kennen voor je eindexamens? Kijk dan ook onze andere video’s over maatschappijwetenschappen. Samen met de quizvragen, begrippenlijsten, oude examens en uitlegvideo’s kun jij je dan goed voorbereiden op de examens!