Wiskunde A

2. Lengte, oppervlakte en inhoud

Gegeven door:
Menno Lagerwey
Beschrijving Begrippen

In deze video voor wiskunde A worden drie grootheden besproken, namelijk: lengte, oppervlakte en inhoud. We vertellen je over de eenheden van lengte en de bijbehorende afkortingen hiervan. Ook de eenheden en de afkortingen die horen bij oppervlakte en inhoud worden besproken. Aan de hand van een aantal voorbeelden krijg je te zien hoe we met de grootheden kunnen rekenen. Hierbij gebruiken we het handige 'trappetje'.

Inhoud

De grootte van de ruimte/het gebied dat door een bepaald voorwerp wordt ingenomen. Om de inhoud van iets in de vorm van een rechthoek te berekenen doe je lengte x breedte x hoogte

Kubieke meter

Een maat die gebruikt wordt om de inhoud te berekenen. 1 Kubieke meter staat gelijk aan 1.000 liter

Lengte

De afstand tussen twee verschillende punten van een object. De standaardmaat om de lengte te berekenen is meter

Oppervlakte

Een maat om de grootte van een tweedimensionaal object aan te geven. De standaardmaat is vierkante meter (m2)

Vierkante meter

Een oppervlakte maat. Één vierkante meter is gelijk aan een vierkant met vier gelijke zijden van 1 meter

B1. Algebra en tellen