Wiskunde A

1. Lineaire verbanden

Gegeven door:
Nick Gerdes
Beschrijving Begrippen Examenvragen

In deze uitlegvideo voor wiskunde A gaan we het hebben over lineaire verbanden. We kijken naar de formule die gebruikt wordt bij een lineair verband en zullen aan de hand van een grafiek ook voorbeelden en oefeningen geven die hierbij komen kijken.

Hellingsgetal

Een waarde die de toename of afname per x aangeeft. Bij een afname is het hellingsgetal negatief, en hoe groter het hellingsgetal is, hoe steiler de lijn wordt. Een hellingsgetal is hetzelfde als de richtingscoëfficiënt

Lineair verband

Een relatie die continu toeneemt of afneemt. Als iets toeneemt in de y-richting, gebeurt dat op dezelfde manier in de x-richting

Richtingscoëfficiënt

Een waarde die de toename of afname per x aangeeft. Bij een afname is de richtingscoëfficiënt negatief, en hoe groter de richtingscoëfficiënt is, hoe steiler de lijn wordt. Een richtingscoëfficiënt is hetzelfde als het hellingsgetal

Snijpunt

Het punt waarop twee of meer lijnen elkaar kruisen

Standaardformule van een lineair verband

y = ax + b

Startgetal

Het y-coördinaat van het snijpunt met de y-as. Je schrijft dit op als (0,b), waarin b het startgetal is

Variabele

Een grootheid die steeds een andere waarde kan hebben

X-as

De horizontale as, die plat op de grond ligt

Y-as

De verticale as, die recht omhoog gaat

Momenteel zijn er nog geen examenvragen voor deze video.
C1: Tabellen

C2: Grafieken, vergelijkingen en ongelijkheden

C3: Formules met één of meer variabelen

C4: Lineaire verbanden

C5: Exponentiële verbanden