Transport in planten
Water in de bladeren van planten kan verdampen via de huidmondjes die in de bladeren zitten. Dit water wordt weer aangevuld vanuit de wortel, die water uit de grond kan opnemen. De verplaatsing van water doordat er na het verdampen in de bladeren water wordt aangetrokken uit de wortel, noem je verdampingsstroom.
Worteldruk
De houtvaten, die water vervoeren, hebben een bepaalde kracht nodig om water van de wortel naar boven, naar de bladeren te brengen; deze kracht noem je worteldruk. Deze worteldruk ontstaat doordat er in de binnenste laag van de wortel een hogere osmotische waarde plaatsvindt, en dit zorgt voor een waterverplaatsing omhoog. Doordat er in de wortel een hoge osmotische waarde is, zullen stoffen opstijgen en zal water volgen. Als je dit een moeilijk concept vindt, raden we je aan om onze video’s over celtransport te bekijken.
Cohesie en adhesie
Door het verdampen van water aan het bladoppervlak ontstaat er een bepaalde zuigkracht in de plant, die water aantrekken van beneden naar boven. Door cohesie en adhesie blijft het water door de plant omhoog stromen. Cohesie is wanneer watermoleculen aan elkaar plakken; hierdoor blijft het water als één sliert aan elkaar plakken. Adhesie vindt plaats wanneer watermoleculen aan de wanden van de houtvaten plakken.
Wanneer adhesie groter is dan cohesie wordt het water in de plant omhoog getrokken richting de bladeren. Dit proces noem je capillaire werking.