Aardrijkskunde

11. Nederland en Duitsland vergeleken

Gegeven door:
Richard Mozes
Beschrijving Begrippen

In deze video voor het eindexamen aardrijkskunde vergelijken we de ontwikkelingen van de bevolking van Nederland en Duitsland. Dit doen we aan de hand van begrippen zoals bevolkingsgroei, bevolkingsopbouw en bevolkingsdichtheid.

Arbeidsmigratie

Migratie naar een ander land met als doel hier werk te vinden

Bevolkingsdichtheid

Het gemiddelde aantal mensen dat in een gebied of land per vierkante kilometer woont. Het totaal aantal mensen delen door de oppervlakte

Bevolkingsgroei

De toename van de bevolking in een bepaald gebied gedurende een bepaalde tijd

Landklimaat (continentaal klimaat)

Een klimaat dat door de grote afstand tot de zee een groot temperatuurverschil kent tussen zomer en winter. Wordt gekenmerkt door koude winters en zeer hete zomers

Migranten

Bewoners die verhuizen naar een ander land of ander gebied (bijvoorbeeld van platteland naar de stad) met als doel hun leefsituatie te verbeteren

Zeeklimaat

Een klimaat wat door de nabijheid tot de zee geen groot temperatuurverschil kent tussen zomer en winter. Wordt gekenmerkt door zachte winters en niet erg hete zomers

Klimaat

Het klimaat is het weer in een gebied over een langere periode (dertig jaar). De temperatuur, windsnelheid, vochtigheid , luchtdruk, bewolking, neerslag en de seizoenen hebben invloed op het klimaat

Welvarend

Als een land Welvarend is, betekent dat dat het land rijk is

Levensverwachting

Het gemiddeld aantal jaren dat een pasgeboren baby kan verwachten te leven

Sociale bevolkingsgroei

Sociale bevolkingsgroei is het aantal immigranten minus het aantal emigranten in een gebied. Dit getal noem je ook wel het migratiesaldo

Bevolkingspiramide

Een bevolkingspiramide is een grafiek of diagram van de leeftijdsopbouw van een bevolking in de vorm van een rug-aan-rug-histogram voor mannen en vrouwen. Ook wordt hierin de bevolkingsdichtheid getoond

Babyboom

Babyboom is de geboortegolf die in veel West-Europese landen en de Verenigde Staten optrad vlak na de beëindiging van de Tweede Wereldoorlog

Natuurlijke bevolkingsgroei

Natuurlijke bevolkingsgroei is simpelweg het sterftecijfers min het geboortecijfer. Als er meer geboortes zijn dan sterfgevallen, dan is er sprake van een geboorteoverschot, waardoor de bevolking groeit

C1. Bevolkingsontwikkeling en ruimtegebrek

C2. Bevolkingsontwikkeling en ruimtegebrek in China

Nederland en Duitsland vergeleken

We vergelijken hier de ontwikkelingen van de bevolking van Nederland en Duitsland. Dat doen we aan de hand van de begrippen die we in de vorige video behandelden, zoals bevolkingsgroei en -opbouw.

 

Nederland, aan de Noordzee, en Duitsland, in het binnenland, zijn aardrijkskundig gezien nogal verschillend. Al was het maar vanwege het klimaat: Nederland heeft een zeeklimaat, Duitsland een landklimaat. Ook is het verschillend wat betreft de bevolkingsdichtheid - het aantal inwoners per vierkante kilometer. Nederland heeft zo'n 500 en Duitsland 230 inwoners per vierkante kilometer. Toch is ook Duitsland een van de dichter bevolkte landen van de Europese Unie. Ze hebben ook wat overeenkomsten. Nederland is klein en welvarend, zoals Duitsland groot en welvarend is. Beide zijn typisch Westerse landen en lid van de E.U. Maar we concentreren ons hier vooral op de ontwikkelingen en samenstelling van de bevolking.

  

Groei

Het aantal inwoners in Nederland is de laatste 70 jaar gestegen van ± 10 naar zo'n 17 miljoen. Dat is zo'n veertig procent meer. Vooral tot de jaren '80 was er een sterk stijgende lijn, die daarna begon af te zwakken en in de jaren negentig weer op stoom kwam.


In Duitsland zagen we daarentegen een meer gelijkmatige en gestage groei. Tussen 1950 en 1970 steeg het aantal inwoners van ongeveer 70 miljoen naar 78 miljoen, ongeveer tien procent meer. Daarna bleef het stabiel. Nu zijn er ruim 80 miljoen: sinds dertig jaar zijn er maar 2,6 miljoen bijgekomen. 


Die sterkere groei in Nederland tussen 1950 en '80 en de sterke afname daarna hebben gevolgen voor de opbouw van de bevolking. De groep boven de 65 jaar werd relatief steeds groter en het percentage jongeren kleiner. Het is deze natuurlijke bevolkingsgroei die laat zien dat er minder mensen bijkwamen door geboorte. Dit terwijl de mensen steeds ouder worden en op hogere leeftijd sterven. Dit heet een hogere levensverwachting. In de vorige video zagen we al dat er tegelijk een sociale bevolkingsgroei door migratie plaats vond.


Opbouw Nederland

De bevolkingsopbouw wordt getoond in een bevolkingspiramide.


Groei en opbouw Duitsland 

Net als het westerse land Nederland, is ook in Duitsland het geboortecijfer relatief laag in vergelijking met veel armere landen in de rest van de wereld. Duitsland heeft niet zo'n babyboom gekend als Nederland, maar tussen 1950 en 1970 was er wel een zekere natuurlijke bevolkingsgroei. Deze nam na 1970 af, waardoor er nu minder jongere bewoners zijn dan bewoners van middelbare leeftijd. Dus ook daar in Duitsland zullen ze komen te zitten met een grotere groep ouderen, die door een kleinere jongere groep onderhouden moet worden gehouden.


De natuurlijke bevolkingsgroei is in Duitsland licht afgenomen, terwijl de sociale bevolkingsgroei toenam. Net als in Nederland heeft Duitsland na 1950 te maken gekregen met migratie. Althans, West-Duitsland, want het land was toen nog verdeeld in het communistische Oost en kapitalistische West-Duitsland. De leefomstandigheden in het westen waren aanmerkelijk beter dan in het oosten, met zijn werkloosheid en achtergebleven economie. Daardoor probeerden veel mensen, vooral jongeren, te vluchten van oost naar west. 


Nog steeds zie je daarom in het oosten van Duitsland relatief veel ouderen. Maar goed, Oost-Duitsland probeerde, met behulp van Rusland, vanaf 1962 zijn grenzen hermetisch af te sluiten. Het IJzeren Gordijn, de Berlijnse Muur. [Zie ook de Digistudies-VMBO-geschiedenis video's van na 1945.] Die eerste migratiestroom werd toen min of meer gestopt, tot de val van de Berlijnse muur in 1990, waarna oost en west weer werden samengevoegd.

   

Vanaf 1970 kreeg ook West Duitsland te maken met een tweede migratiestroom die de sociale bevolkingsgroei beïnvloedde. Er kwamen gastarbeiders, o.a. uit voormalig Joegoslavië, Turkije, Griekenland en Italië. Migranten die, net als in Nederland, dankzij gezinshereniging daar bleven. Duitsland heeft een grote, van oudsher Turkse gemeenschap. Migranten vestigden zich vooral in stedelijke gebieden, omdat de industrie daar het meeste behoeften aan hen had.