Biologie

14. Hormonen

Gegeven door:
Quirine Hakkaart
Beschrijving Begrippen

Dit is de laatste video binnen deze reeks, en we gaan het deze keer hebben over hormonen. Wat zijn hormonen precies, hoe werken ze en wat heb je eraan? Hoewel iedereen te maken heeft met hormonen, merkt de één daar meer van dan de ander. Het is erg leerzaam om erachter te komen hoe de verschillende hormoonklieren die we hebben werken en wat ze teweeg brengen. In de video komen veel begrippen naar voren, die belangrijk zijn om te kennen. Om je te helpen hebben we een lijst met deze begrippen en de bijbehorende uitleg onder de video geplaatst.

Aorta

Wordt ook lichaamsslagader genoemd. Het bloed stroomt door deze ader vanuit het hart naar de rest van het lichaam

Celmembraan

Biologische structuur die de binnenkant van de cel scheidt van de buitenkant

Eilandjes van Langerhans

Een celgroepje in de alvleesklier dat voor de vorming van de hormonen insuline en glucagon zorgt

Hormoon

Een stof die door een klier wordt gemaakt en wordt afgegeven aan het bloed

Hypofyse

Hypofyse of hersenaanhangsel is een hormoonklier onder aan de hersenen, die in verbinding staat met de hypothalamus en o.a. stimulerende hormonen afscheidt

Hypothalamus

Deel van de tussenhersenen. De hypothalamus staat in verbinding met de hypofyse en regelt door de afscheiding van neurohormonen de werking van de hypofyse

Secundaire geslachtskenmerken

Kenmerken die behoren tot een bepaald geslacht die tijdens de puberteit ontstaan

Stofwisseling

Het totaal van alle chemische processen in de cellen van een organisme

Homeostase

Het constant houden van het interne milieu

Hormoonklieren

Maken hormonen en geven door in het bloed

Adrenaline

Hormoon dat door het bijniermerg wordt afgescheiden. Adrenaline wordt ook door zenuwvezels van het sympathische zenuwstelsel afgescheiden.

Glucagon

Hormoon gevormd in de alvleesklier in de eilandjes van Langerhans. De werking is tegengesteld aan de werking van insuline. Glucagon verhoogt het glucosegehalte van het bloed.

Insuline

Hormoon, afgescheiden door de eilandjes van Langerhans in de alvleesklier, dat de doorlaatbaarheid van celmembranen voor glucose verhoogt en dus het glucosegehalte van het bloed verlaagt.

B1. Het lichaam in stand houden

B2. Reageren op prikkels

B3. Bescherming en antistoffen

B4. Gedrag bij mens en dier

Wat zijn hormonen?

Hormonen zijn stofjes die met name door het bloed in je lichaam vervoerd worden. Op die manier kunnen ze op veel plekken in je lichaam effect hebben.


Om te snappen hoe verschillende hormoonklieren werken, is het belangrijk om je eerst een algemeen beeld te vormen van hoe hormonen werken. Hormonen zijn stoffen die worden geproduceerd door hormoonklieren. Deze hormoonklieren geven de hormonen af aan het omliggende weefsel, waarna deze hormonen in je bloedbaan terecht komen en langs alle cellen in je lichaam komen. Hormonen hebben niet op alle cellen een effect. Alleen de zogenaamde doelwitcellen hebben speciale structuren op hun celmembraan waardoor de hormonen effect kunnen hebben op die cellen. 


Hormonen werken niet zo snel als bijvoorbeeld de elektrische signalen van het zenuwstelsel, maar het effect van hormonen kan wel veel langer aanhouden. Daarom worden hormonen ook vaak gebruikt om bepaalde processen te versnellen of af te remmen. Hierbij kun je denken aan bijvoorbeeld de groei van je lichaam, gedrag en de stofwisseling van je cellen. 


Hormoonklieren

Nu we weten hoe in algemene zin hormoonklieren werken, kunnen we in detail gaan kijken naar een aantal verschillende hormoonklieren. We gaan er vijf bespreken: als eerste de hypofyse, als tweede de schildklier, daarna de eilandjes van Langerhans, als vierde de bijnieren en als laatste de eierstokken en de teelballen.


Hypofyse

De hypofyse is een hele kleine klier in je hersenen, die heel veel verschillende hormonen produceert. Een deel van die hormonen heeft direct effect op processen in je lichaam. Een ander deel van die hormonen stuurt andere hormoonklieren aan, die op hun beurt weer effect hebben op processen in je lichaam. Een voorbeeld van een proces dat door de hormonen die geproduceerd worden door de hypofyse beïnvloed wordt, is de groei van je lichaam. 


Schildklier

De schildklier ligt in je strottenhoofd en rondom je luchtpijp, en is erg belangrijk. Het produceert namelijk hormonen die in je cellen zorgen voor verbranding. Wordt er veel schildklierhormoon geproduceerd, dan vindt er meer verbranding plaats in je cellen. Wordt er weinig schildklierhormoon gemaakt, dan vindt er weinig verbranding plaats in je cellen.


Eilandjes van Langerhans

De eilandjes van Langerhans zijn groepjes hormoonproducerende cellen, die in de alvleesklier liggen. De alvleesklier zelf is dus geen hormoonklier, maar de eilandjes van Langerhans die erin liggen wel. De functie van de eilandjes van Langerhans is het stabiel houden van de concentratie glucose in je bloed. Dit doen ze door het afscheiden van twee type hormonen: insuline en glucagon.

 

Als na het eten de hoeveelheid glucose in je bloed omhoog gaat, gaan de eilandjes van Langerhans insuline produceren. Daardoor wordt glucose opgeslagen in je cellen en gaat de hoeveelheid glucose in je bloed omlaag. Als je daarentegen een tijdje niks gegeten hebt en de hoeveelheid glucose in je bloed te laag wordt, produceren de eilandjes van Langerhans glucagon. Daardoor wordt de suiker uit de cellen vrijgelaten en gaat de hoeveelheid glucose in je bloed weer omhoog.

 

Als je diabetes hebt, is de werking van de eilandjes van Langerhans verstoord. Bij diabetes type één wordt er door de eilandjes van Langerhans geen insuline meer geproduceerd. Bij diabetes type twee zijn de cellen waarin glucose wordt opgeslagen niet meer gevoelig voor insuline, en daarom slaan zij dus geen glucose meer op.


Bijnieren

De bijnieren liggen als een soort mutsje net boven de nieren. De bijnieren worden aan het werk gezet als je stress ervaart. Ze zorgen er, onder andere door de productie van het hormoon adrenaline, voor dat je lichaam in staat is om te reageren op stressvolle situaties. Bijvoorbeeld door weg te vluchten of figuurlijk terug te vechten. Dit noem je de zogenaamde ‘Vecht-of-vlucht-response. Om goed te kunnen reageren op de stressvolle situatie moet je alert zijn en genoeg energie hebben. Adrenaline zorgt er dus onder andere voor dat de spieren actief en klaar zijn om te reageren, dat je ademhaling en bloedsomloop versnellen en dat er meer glucose in je bloed komt. Daardoor komt er genoeg energie beschikbaar om een reactie te geven op de stressvolle situatie.


Eierstokken en teelballen

Als vijfde en laatste bespreken we de eierstokken en de teelballen. Deze hebben ongeveer dezelfde functie, namelijk het produceren van geslachtscellen. De eierstokken komen alleen bij vrouwen voor en de teelballen alleen bij mannen. Beide hormoonklieren produceren zogenaamde geslachtshormonen, die zorgen voor het ontstaan van secundaire geslachtskenmerken bij mannen en vrouwen.


Hiermee zijn we aan het einde gekomen van deze samenvatting. Veel succes met leren!