In deze online kennisclip voor NaSk leggen we geluidssterkte uit, ook wel amplitude genoemd. We laten zien hoe je deze kunt aflezen aan een geluidsgolf en of het gaat om een hard of een zacht geluid. Ook laten we zien hoe een decibel-meter werkt, hoe je deze afleest en wat de gehoordrempel is. Als laatste volgen wat rekenvoorbeelden met betrekking tot geluidssterkte.
3. Geluidssterkte

Geluidssterkte geeft aan hoe hard een geluid is. Dit wordt aangegeven in decibel dB.
De maximale uitwijking van de middellijn. Bijvoorbeeld de hoogte van een golf op zee
Geluid plant zich voort in de vorm van geluidsgolven. Dit zijn bewegingen van de lucht in de vorm van een golf. Deze beweging herhaalt zich heel vaak achter elkaar.
Een hoge toon heeft meer golven per seconde dan een lage toon.
Een lage toon heeft minder golven per seconde en hierdoor ook een lagere frequentie.
Een apparaat dat de geluidssterkte kan meten.
De eenheid waarmee geluidssterkte gemeten wordt.
De minimale geluidssterkte die nodig is om iets te kunnen waarnemen en dus horen.
De frequentie geeft aan hoe vaak een golf voorkomt binnen een bepaalde tijd. De tijd wordt vaak in seconden uitgedrukt.
De eenheid van frequentie is hertz (Hz). Dit betekent eigenlijk trillingen per seconde (s^-1).
Een voorwerp dat trillingen veroorzaakt. Bijvoorbeeld een luidspreker
Met welk meetinstrument meet je een geluidsniveau?
A. decibelmeter
B. luidspreker
C. microfoon
D. oscilloscoop
A