Aardrijkskunde

2. Overstromingen en wateroverlast

Gegeven door:
Richard Mozes
Beschrijving Begrippen Examenvragen

In deze video met uitleg voor aardrijkskunde behandelen we alles wat je moet weten voor je eindexamen omtrent overstromingen en wateroverlast in ons land. Verschillende factoren die hier aan bijdragen en begrippen die hierbij komen kijken worden besproken.

Debiet

De totale hoeveelheid water die een rivier afvoert op een bepaalde plek per tijdseenheid (sec.)

Oeverwallen

Een zandrug, direct naast de rivier gelegen, ontstaan door de sedimentatie bij een overstroming

Piekafvoer

De afvoer van een rivier tijdens perioden met een grote afvoer door veel neerslag en/of smeltwater

Regiem

De verdeling van de afvoer van een rivier over het jaar. Dit wordt bepaald door het tijdstip van toestroming van regenwater en/of smeltwater

Stroomgebied

Het gebied dat afwatert door de rivier

Stroomrug

Het geheel van de rivierbedding met de beide oeverwallen

Stroomstelsel

Het stelsel van de hoofdrivier en zijn zijrivieren in een stroomgebied

Verhang

De gemiddelde helling van een rivier in de richting van de stroomrichting. Het verhang is verval per kilometer

Verval

Het hoogteverschil tussen twee punten langs een rivier

Waterscheiding

De grens tussen twee stroomgebieden

Gebruik bron 1 en de atlas.

Bij Katwijk aan Zee vonden vóór de aanleg van de sluizen vaak overstromingen plaats.


Geef aan:

  • met welk gegeven op kaartblad 32 je kunt aantonen dat bij Katwijk aan Zee voor de aanleg van de sluizen overstromingen hebben plaatsgevonden;
  • op welke wijze deze overstromingen ontstonden.


Bron 1: Een oude dijk en een nieuwe zeewering


Katwijk aan Zee ligt op een plek waar in het verleden vaak overstromingen plaatsvonden. Deze overstromingen kwamen vooral vanuit het achterland. Daarom werd in de Middeleeuwen een dijk aangelegd om het oude stadscentrum te beschermen. In 1808 werden bij Katwijk aan Zee sluizen aangelegd. waardoor het overstromingsgevaar vanuit het achterland verdween. De dijk verloor daarmee wel zijn oorspronkelijke lokale functie. De dijk werd echter niet afgebroken, maar kreeg een nieuwe functie op een ander schaalniveau als onderdeel van de primaire zeewering.


Rond het jaar 2000 werd vastgesteld dat de dijk niet meer voldeed aan de veiligheidsnorm. De dijk werd aangemerkt als een zwakke schakel in de Nederlandse kust. Het versterken van de dijk is echter nooit een reële optie geweest. Tussen 2013 en 2015 is daarom langs de oude boulevard bij zee een nieuwe dijk aangelegd. ln deze nieuwe dijk is een parkeergarage gebouwd. Op de dijk en zeewaarts van deze dijk is een grote hoeveelheid zand aangebracht. Met de aanleg van deze nieuwe zeewering voldoet dit deel van de kust aan de gestelde veiligheidsnorm.

D1. Nationale en regionale vraagstukken

D2. Regionale en lokale vraagstukken