3. Waterbeheersing van een rivier

Plan waarin Zwitserland, Duitsland, Frankrijk, Luxemburg en Nederland een aantal actiedoelen voor 2005 en later hebben vastgesteld om schade door hoge waterstanden van de Rijn te voorkomen.

Het wegslaan van stukken kust door de zee onder invloed van harde wind of hoge vloed.

Het landinwaarts verleggen van een dijk om zo het winterbed van een rivier breder te maken. Vergroot de capaciteit om water af te voeren.

Een manier waarbij de dijken verhoogd en verbreedt worden om de veiligheid in het rivierengebied of het kustgebied te vergroten.

Waterbeheer in drie stappen: vasthouden, bergen en afvoeren.

Het verbeteren van de waterafvoer en de bevaarbaarheid van rivieren en beken. Een voorbeeld hiervan is als de bochten van een rivier worden afgesneden.

Een korte dam in de rivierbedding, haaks op de rivieroever, die de vaargeul vastlegt en diepte behoudt.

Het verdwijnen van bos, zoals grote stukken tropisch regenwoud, door houtkap voor economische doeleinden of om land te winnen voor landbouw.

De verdeling van de afvoer van een rivier over het jaar. Dit wordt bepaald door het tijdstip van toestroming van regenwater en/of smeltwater.

Een waterbouwkundig werk dat water in een rivier of kanaal kan opstuwen. Met een stuw kan het waterpeil geregeld worden.

De verplichte toets bij ruimtelijke plannen van de overheid waarin aandacht moet worden besteed aan veiligheid, wateroverlast, waterkwaliteit en verdroging.