Maatschappijwetenschappen

9. Staten en hun veranderende machtsverhoudingen, ook economisch

Gegeven door:
Rogier Proper
Beschrijving Begrippen

In deze samenvatting voor maatschappijwetenschappen gaan we het hebben over verhoudingen tussen landen en hun machtsverhoudingen. We bespreken wat een staat is, de wereld als global village en globalisering. Ook gaan we in op de theorieën achter de economische ontwikkeling van staten. Gebruik deze uitleg om te leren voor toetsen, SE's of het eindexamen!

Staat

Een land met een eigen onafhankelijk bestuur, en met een hiërarchische, politieke organisatie die gezag uitoefent over de plaatselijke bevolking.

Fragiele staat

Meestal wordt een land bedoeld waarvan de overheid niet langer functioneert.

scheiding van machten

In een samenleving kan je macht onderscheiden in 3 verschillende soorten: Uitvoerende macht, Rechtelijke macht en wechtgevende macht. Dit is er zodat er geen misbruik gemaakt kan worden van macht.

global village

Een werelddorp, omdat de hele wereld te bereiken is, door betere communicatie en vervoer.

globalisering

Een toenemend proces van economische, culturele en politieke integratie op mondiaal niveau.

supranationale organisaties

In supranationale organisaties worden bepaalde bevoegdheden van de nationale staten overgedragen naar een autoriteit die boven de nationale staten staat.

BRICS-landen

Een acroniem uit de economie dat verwijst naar de landen Brazilië, Rusland, India en China, landen die zich in een vergelijkbaar stadium van economische ontwikkeling bevinden.

moderne markteconomie

Een economisch systeem waarin de meeste goederen door de producenten voor de consumptie door anderen worden gemaakt en worden verdeeld via een systeem van handel (op de letterlijke of spreekwoordelijke markt)

Geweldsmonopolie

Systeem waarin uitsluitend de staat, door middel van de politie of het leger, het recht heeft om geweld toe te passen

Belastingmonopolie

Belastingmonopolie is het alleenrecht om belastingen te heffen. Een staat wordt door concrete taken en uitgaven gedwongen geld uit hun gebied te halen, dit doet zij onder andere door beslag te leggen op de economie

Kapitalisme

Het kapitalisme is een economisch systeem dat in veel landen gebruikt wordt. In het kort houdt het in dat bedrijven in particulier bezit zijn en proberen zoveel mogelijk winst te maken. Het kapitalisme wordt door sommigen een moreel economische uitbuitingssyteem genoemd

Evolutionistische theorieën

Evolutionisme is het idee dat er wetmatigheden te ontdekken zijn in de evolutie van historische ontwikkelingen die zou verlopen van eenvoudige, primitieve tot steeds ingewikkelder en complexere vorm

Multinational

Een multinationale onderneming of kortweg multinational is een bedrijf dat in meerdere landen tegelijk geregistreerd en/of werkzaam is. In al deze landen produceert en/of verkoopt ze goederen en/of diensten

Afhankelijkheidstheorieën

Deze theorieën sluiten aan bij het marxisme en het conflict-paradigma. Ze zeggen ook dat de ongelijkheid tussen de staten mede komt door de sociale ongelijkheid binnen die arme landen, waar kapitalistische verhoudingen heersen

C.1 Nationale en internationale verhoudingen

C.2. Macht en gezag; interne conflicten en samenwerken; en politieke besluitvorming

C.3 Overheidsbeleid in het buitenland

Het examen maatschappijwetenschappen bestaat uit vier hoofdconcepten, namelijk: Vorming, Verandering, Verhoudingen en Binding. Met Digistudies kun jij je uitstekend voorbereiden op deze concepten. Deze samenvatting wordt ondersteund door een video en een bijpassende begrippenlijst.


Wat is een staat?

Een staat is een grondgebied met een eigen onafhankelijke bestuur en met grenzen. Met een eigen politiek systeem, eigen belastingmonopolie, leger en politie. De wereld is ingedeeld in staten, waarvan de onafhankelijkheid door de andere staten is erkend. Dat statensystemen is er ongeveer sinds de 17e eeuw, althans in West-Europa. In de 21e eeuw, nu dus, is de hele wereld opgedeeld in staten, afgezien van de wereldzeeën.


Er kan natuurlijk ook sprake zijn van een staat die de controle verliest; zo’n staat noemen we een fragiele staat. Dit kan intern bijvoorbeeld gebeuren doordat bepaalde groepen een deel van een staat overnemen, maar ook door gebrekkige rechtspraak, corruptie of militairen die zich met het bestuur bemoeien. Er zijn naast deze interne factoren ook externe factoren die van een staat een fragiele staat kunnen maken. Door bijvoorbeeld landen die gekoloniseerd waren, zij hebben tot op de dag van vandaag moeite met het maken van hun eigen tradities. Ook globalisering kan zorgen voor een fragiele staat, daar zo meer over.


Globalisering

Door het toenemende contact tussen samenlevingen en staten in de wereld en doordat plekken steeds beter bereikbaar zijn, lijkt de wereld steeds kleiner te worden en schijnt het een ‘global village’ te zijn geworden. Het proces wat hierbij plaatsvindt noemen we globalisering. Hierbij kijken we naar:

- De bevolkingsgroei, wat de wereld relatief kleiner maakt.

- Er wordt meer geproduceerd en geconsumeerd.

- Er is hierdoor meer vervuiling.

- Er zijn meer energiebronnen en grondstoffen nodig en dit zorgt ervoor dat de wereld wordt uitgeput.


Zoals eerder gemeld kan globalisering ook een oorzaak zijn van een fragiele staat. Door globalisering zijn landen dus meer met elkaar verbonden en ook gevoeliger voor veranderingen in de buurlanden die de staat bevorderen:

- Instabiliteit, zware conflicten en natuurrampen kunnen van een zwakke staat en fragiele staat maken.

- Machtige internationale criminele groepen die zich gaan vestigen in een land.

- Maar ook als arme landen zich aansluiten bij internationale organisaties om erbij te horen, maar erachter komen dat zij in tegenstelling tot rijke landen bijna geen invloed hebben.


Evolutionistische theorieën en afhankelijkheidstheorieën

Er bestaan vele theorieën over de verdeling van armoede en rijkdom over de staten in de wereld. Je kunt ze in twee soorten theorieën verdelen: evolutionistische theorieën en afhankelijkheidstheorieën. De evolutionistische theorieën zeggen dat staten zich nu eenmaal evolutionair, geleidelijk ontwikkelen. Armere staten zitten dus nog in een ontwikkelingsfase die rijke staten al achter zich hebben. Door het moderniseren van bestuur, opleiding, infrastructuur, economische denkbeelden, het introduceren van een moderne markteconomie, zullen ze vanzelf op hetzelfde niveau komen. De afhankelijkheidstheorieën zeggen juist dat de armere landen achterblijven door de economische machtspolitiek van rijke landen. Deze verhoudingen binnen de economische machtspolitiek komen juist door de onafhankelijkheid van staten.