Natuurkunde

4. Ioniserende straling (activiteit en halveringstijd)

Gegeven door:
Robbie Skoravic
Beschrijving Begrippen

In deze video met uitleg voor natuurkunde op vwo-niveau hebben we het over radioactiviteit. Hierbij zullen we kijken naar radioactieve stoffen en radioactief materiaal, maar we zullen het ook nogmaals hebben over de halveringstijd, exponentieel verval, (N,t)-diagram en activiteit. Gebruik deze uitleg om je goed voor te bereiden op het natuurkunde examen of andere toetsen!

Activiteit

Het aantal vervalreacties dat per seconde plaatsvindt (eenheid Bq)

Atoom

Een eenheid die de de kleinste bouwsteen van de moleculen vormt

Atoomkern

Het centrum van een atoom, bestaande uit protonen (positief geladen deeltjes) en neutronen (neutraal geladen deeltjes)

Becquerel (Bq)

De eenheid voor radioactiviteit. Het beschrijft het aantal atoomkernen dat per seconde radioactief vervalt

Halverings­tijd (t1/2)

De tijd waarin de helft van het aantal kernen vervalt. Er geldt: N(t) = N0·½t/t1/2, waarbij N(t) = de hoeveelheid kernen, N0 = de beginhoeveelheid, t = tijd (s), t1/2 = halveringstijd(s)

Helling

Een schuin oplopend of aflopend vlak

Ion

Een geladen atoom, positief (te weinig elektronen) of negatief (te veel elektronen)

Ionisatie

Wanneer een atoom zo energierijk wordt dat het elektronen weg kan schieten. De minimale energie voor een ionisatie ligt tussen de 2 en 4 eV (binas Tb 24). De formule voor het berekenen van de energie is: E=h*f=h·c/λ

Isotopen

Atomen met hetzelfde atoomnummer maar een verschillend massagetal

Radioactiviteit

Het verval van onstabiele isotopen waarbij ioniserende straling vrijkomt

Vervalreactie

Een reactie waarbij de kern van een atoom vervalt. Vervalreacties zijn op te delen in alfaverval, bètaverval en gammaverval

A1: Informatieoverdracht

A2: Medische beeldvorming