Natuurkunde

7. Theorie van radioactiviteit

Gegeven door:
Tom Fürstenberg
Beschrijving Begrippen

In deze video met uitleg voor natuurkunde behandelen we de theorie van radioactiviteit. Het is een korte uitleg, waarin een aantal lastige onderwerpen besproken wordt. Gebruik deze informatie om je goed voor te bereiden op toetsen en het eindexamen!

Atoom

Een eenheid die de de kleinste bouwsteen van de moleculen vormt

Atoomkern (nucleus)

Het centrum van een atoom, bestaande uit protonen (positief geladen deeltjes) en neutronen (neutraal geladen deeltjes)

Atoomnummer (atoomgetal)

Hiermee geven we het aantal protonen dat aanwezig is in de atoomkern aan. Dit getal bepaalt de plek van het atoom in het periodiek systeem

Dosisequivalent

Blootstelling aan ioniserende straling door bestraling of besmetting is altijd schadelijk. Het wordt uitgedrukt in dosisequivalent. Deze hangt af van de geabsorbeerde stralingsenergie, de lichaamsmassa en de soort straling: H= wR· Eabs/m, waarbij H= dosisequivalent (Sv), wR= weegfactor, Eabs= geabsorbeerde energie (J), m= massa (kg)

Massagetal van een atoom

Het aantal protonen plus neutronen in een atoom

Neutron

Een neutraal geladen (geen lading) subatomair deeltje met een gewicht van 1u

Proton

Een positief geladen (+1) subatomair deeltje met een gewicht van 1u

Radioactiviteit

Het verval van onstabiele isotopen waarbij ioniserende straling vrijkomt

Subatomair

Kleiner dan of onderdeel vormend van een atoom

Isotopen

Atomen met hetzelfde atoomnummer maar een verschillend massagetal

A1: Informatieoverdracht

A2: Medische beeldvorming