In deze natuurkunde uitlegvideo gaan we specifiek kijken naar de tweede wet van Newton. We besteden veel aandacht aan deze tweede wet, omdat het een veel voorkomende wet is en waarschijnlijk ook voor zal komen op het natuurkunde examen.
4. De tweede wet van Newton

De versnelling is recht evenredig met de kracht, maar omgekeerd evenredig met de massa
Een schuin oplopend of aflopend vlak op straat of in een landschap
De kracht die loodrecht op de beweging werkt
De optelling van krachten in dezelfde richting min de krachten in tegengestelde richting
De toename in snelheid van een voorwerp per eenheid van tijd
Bij bewegen met een constante snelheid is een voorwaartse kracht nodig om de beweging in stand te houden, tegen de tegenwerkende wrijvingskrachten in. De geleverde energie wordt omgezet in een andere energiesoort: warmte
De aantrekkingskracht tussen een object en de aarde. Wordt ook gravitatie genoemd. Je berekent de zwaartekracht met de formule Fg=G×m×Mr2: F is de gravitatiekracht, m en M zijn de massa’s van twee voorwerpen, r is de afstand tussen de zwaartepunten en G is de gravitatieconstante (Binas tabel 7A)
Een vectorgrootheid heeft niet alleen een grootte, maar ook een richting en een aangrijpingspunt
De versnelling waarmee een object valt
Met een constante snelheid