Dit is de laatste opgave van het onderdeel complexe vraagstukken. Deze opgave gaat over twee blokken die aan een katrol hangen. De video eindigt met een korte samenvatting. Je kunt deze oefenopgave gebruiken om jouw kennis over dit onderwerp te testen en je zo goed voor te bereiden op het natuurkunde examen!
10. Oefenopgave: twee blokken aan een katrol

Bij bewegingen wordt de ene energiesoort omgezet in een andere energiesoort. Daarbij spelen de krachten op een voorwerp een belangrijke rol, doordat ze arbeid verrichten
Een fysische grootheid die uitdrukt in hoeverre een systeem arbeid kan verrichten of warmte kan produceren. De eenheid van energie is Joule (J)
Geeft de verhouding weer tussen de energie die ergens ingestopt wordt en de energie die het oplevert
De luchtweerstandskracht (𝐹w,l) op een voertuig hangt af van de snelheid, het frontaal oppervlak en de stroomlijn. Hoe kleiner de snelheid en het frontaal oppervlak zijn en hoe beter de stroomlijn is, des te kleiner is de luchtweerstandskracht. Deze luchtweerstandskracht wordt gegeven door: 𝑭𝐰,𝐥 = 𝟏/𝟐 ∙ 𝒄𝐰 ∙ 𝑨 ∙ 𝝆 ∙ 𝒗^𝟐. In deze formule is 𝐹w,l de luchtweerstandskracht (in N), 𝑐w de luchtweerstandscoëfficiënt (zonder eenheid), 𝐴 het frontaal oppervlak (in m2 ), 𝜌 de dichtheid van de lucht (in kg/m^3 ), en 𝑣 de snelheid (in m/s)
Een voorwerp dat is opgetild heeft energie: zwaarte-energie. De zwaartekracht zorgt er bij het vallen voor dat het voorwerp versnelt: een snelheid, en dus kinetische energie krijgt. De zwaarte-energie van een voorwerp hangt af van de massa en de hoogte van het voorwerp: 𝑬𝐳 = 𝒎 ∙ 𝒈 ∙ 𝒉. In deze formule is 𝐸z de zwaarte-energie (in J), 𝑚 de massa (in kg) en ℎ de hoogte (in m) van het voorwerp boven de grond. De valversnelling 𝑔 is 9,81 m/s^2 (op aarde)
Een evenwicht tussen twee massa’s. Als de versnelling 0 is, is de netto kracht 0
De toestand van rust door een gelijk gewicht aan weerszijden van de balans
Een wieltje dat ergens aan vast zit en waar een touw overheen kan bewegen. Met een katrol kun je de richting van een kracht veranderen. Er zijn losse en vaste katrollen
Een natuurkundige grootheid die de hoeveelheid van iets aangeeft. Het wordt uitgedrukt in kilogram
Hoeveel afstand iets of iemand aflegt in een bepaalde tijdseenheid