Deze natuurkunde uitlegvideo gaat over de serie en parallelschakeling. We bespreken dit aan de hand van een oefenopgave. Je kunt deze video gebruiken om te achterhalen hoeveel je al weet over dit onderwerp en waar je misschien nog wat aandacht aan moet besteden.
8. Oefenopgave: serie en parallelschakeling

Bij een parallelschakeling is overal dezelfde spanning van de bron en de stroomsterkte wordt verdeeld (I totaal = I1+ I2+ I3 etc.). De takstromen zijn evenreding met de geleidbaarheid van de takken (I1: I2 = G1: G2)
Bij een serieschakeling is de stroomsterkte overal gelijk, de spanning van de bron wordt gedeeld (U totaal = U1+ U2+ U3 etc.). De deelspanningen zijn recht evenreding met de weerstandswaarden (U1: U2: … = R1: R2:…) en de vervangingsweerstand is de som van alle weerstanden (R totaal = R1+ R2+ R3 etc.)
Om de spanning te berekenen kun je de formule U=E/Q of 1 V=1 J/C gebruiken
Een gesloten elektrisch circuit; er is één weg waarlangs de elektrische stroom in staat is om vanuit één pool van de bron terug te keren naar de andere
I=Q/t (Q is lading in Coulomb). 1 Ampère is 1 Coulomb per seconde
De eenheid van elektrische stroomsterkte, met het symbool A
Bij de wet van Ohm geldt de volgende regel: als de spanning verdubbelt, verdubbelt ook de stroomsterkte. De weerstand is hierbij constant
Een elektrische of elektronische schakeling die spanning afgeeft. Als er een stroom gaat lopen blijft de spanning tussen twee aansluitpunten van de spanningsbron gelijk
De weerstand van de hele stroomkring samengevoegd
De eigenschap van materialen om de doorgang van een elektrische stroom te belemmeren