Deze kennisclip gaat over de eerste opgave van het natuurkunde examen van 2014, tijdvak 1. De examenopgave gaat over een tsunami. De video wordt afgesloten met een korte samenvatting en een aantal tips & tricks. Je kunt deze uitleg gebruiken als onderdeel van je examentraining.
Examenopgave 2014 (1), opgave 1
De maximale afstand vanaf het evenwichtspunt (altijd positief)
De lengte van een golfberg en een golfdal samen, gemeten in rechte lijn
Een golf die zich met een constante snelheid (v) voortplant in een bepaalde richting
Een golf die zich niet in een bepaalde richting verplaatst. Alleen de amplitude varieert langs de golf
Een voorwerp dat is opgetild heeft energie: zwaarte-energie. De zwaartekracht zorgt er bij het vallen voor dat het voorwerp versnelt: een snelheid, en dus kinetische energie krijgt. De zwaarte-energie van een voorwerp hangt af van de massa en de hoogte van het voorwerp: 𝑬𝐳 = 𝒎 ∙ 𝒈 ∙ 𝒉. In deze formule is 𝐸z de zwaarte-energie (in J), 𝑚 de massa (in kg) en ℎ de hoogte (in m) van het voorwerp boven de grond. De valversnelling 𝑔 is 9,81 m/s^2 (op aarde)
Massa per kubieke meter(volume): 𝜌 = 𝑚 𝑉
Een ruimtelijk verplaatsende trilling
Een natuurkundige grootheid die de hoeveelheid van iets aangeeft. Het wordt uitgedrukt in kilogram
De versnelling waarmee een object valt. De valversnelling op aarde is 9,81 m/s^2
Het punt ten opzichte waarvan de massa van een object in evenwicht is