Nederlands

3. Zakelijke brief schrijven

Gegeven door:
Diede Bolsius
Beschrijving Begrippen

Tijdens het eindexamen Nederlands kun je verschillende schrijfopdrachten verwachten. Zo kan het voorkomen dat je een samenvatting moet schrijven en/of een zakelijke e-mail moet opstellen, maar het kan ook zo zijn dat je een zakelijke brief (formele brief) moet schrijven. In deze video leren we je daarom alles wat je moet weten over het schrijven van een zakelijke brief. Je kunt deze kennisclip dus goed gebruiken ter voorbereiding op je Nederlands examen, maar natuurlijk ook om te leren voor andere toetsen.

Aanleiding

Een reden of oorzaak om iets te doen

Afzender

Degene die de brief verstuurt

Blanco

Leeg

Casus

Een beschrijving van een gebeurtenis of situatie die als voorbeeld gebruikt wordt om te bestuderen

Conventies

De regels die aangeven hoe een brief eruit moet zien

Examinator

Iemand die het afnemen en nakijken van de examens voor zijn/haar rekening neemt

Formeel taalgebruik

Zakelijk taalgebruik, dat bijvoorbeeld gebruikt wordt in officiële brieven

Geadresseerde

Degene die de brief ontvangt

Slotformule

De ondertekening van een brief, zoals: 'Met vriendelijke groet,'

Witregels

Witte regels tussen de tekst, die aanduiden dat er een nieuwe alinea begint

B1. Schrijfvaardigheid

Samenvatting voor Nederlands - Zakelijke brief schrijven


Schrijfopdrachten op het examen

Het schrijven van een e-mail lijkt heel erg op het schrijven van een zakelijke brief. In deze samenvatting leer je daarom vooral:

- de conventies van een zakelijke brief;

- de verschillen en de overeenkomsten tussen een brief en een e-mail;

- en hoe een examinator de schrijfopdracht beoordeeld. 


De kans is de laatste jaren iets kleiner geworden dat je een zakelijke brief moet schrijven op het eindexamen. Toch het is wel verstandig om te weten hoe je een zakelijke brief moet schrijven, voor het geval je dit wel als schrijfopdracht krijgt. Ook heb je het zeker nog eens nodig in het dagelijks leven.


Hoe ziet een zakelijke brief als schrijfopdracht eruit?

Als een zakelijke brief de schrijfopdracht op jouw examen Nederlands is, dan zal hij er zo uit zien. Je krijgt een casus: een verhaaltje waarom, waarover en voor wie de zakelijke brief zal zijn. Daarbij krijg je een heel geleide opdracht. Punt voor punt krijg je op het examen te zien wat er in de brief moet staan.Nu weet je hoe de opdracht er uit ziet. Je kan zien dat de opdracht erg lijkt op de andere schrijfopdrachten, zeker bij het schrijven van een zakelijke e-mail zal de opdracht er precies hetzelfde uitzien.


De overeenkomsten met de andere schrijfopdrachten zijn: 

  • Je krijgt een geleide opdracht met de gedetailleerde punten, zoals je die al kent van de eerdere schrijfopdrachten. Deze kun je ook bij de brief het beste gebruiken als basis. Ieder punt ga je één voor één verwerken. 
  • Zodra je een punt hebt verwerkt mag je dit wegstrepen. Zou behoud je het overzicht. 
  • Een tip: herhaal zoveel mogelijk woorden uit de opdracht. Zo maak je de kans op spelfouten het kleinst. 


Als je een schrijfopdracht volledig wilt doorlopen, verwijzen we je graag naar de video’s van de andere schrijfopdrachten. De e-mail, het artikel en de samenvatting. Wat bij de brief vooral belangrijk is, is dat je de conventies leert. De conventies zijn de regels over hoe de brief eruit moet zien. Ook wel de presentatie genoemd.


Indeling zakelijke brief

De zakelijke brief heeft een vaste indeling. Een zakelijke brief moet er altijd zo uit zien:


1. Je begint met de afzender. De afzender ben jijzelf; degene die de brief schrijft. Je schrijft op de eerste regel jouw voor- en achternaam. Vervolgens schrijf je op een nieuwe regel je straat en huisnummer. Op de derde regel schrijf je jouw postcode, die bestaat uit vier getallen, twee letters en je woonplaats. Vergeet de hoofdletters niet te gebruiken! Namen schrijf je met je met een hoofdletter.


2. Vervolgens sla je een regel over. Dit noem je een witregel.


3. Op een nieuwe regel schrijf je de plaats op waar je bent op het moment dat je deze brief schrijft, met de datum. De datum schrijf je helemaal uit. Bij formeel taalgebruik weet je tenslotte dat je geen afkortingen gebruikt. Maanden schrijf je overigens niet met een hoofdletters, maar de plaatsnaam wel. Vergeet ook de komma niet.


4. Volgens komt er weer een witregel, en daarna schrijf je de voor en achternaam en het adres van degene op waarvoor de brief is. Dit kan ook een bedrijf zijn. Het adres schrijf je precies hetzelfde op als je eigen adres.


5. Na dit adres komt er weer een witregel. Op de nieuwe regel schrijf je ‘Betreft’ op, met daarna een dubbele punt. Je schrijft vervolgens het onderwerp van jouw brief op, zodat de lezer direct weet waar de brief over gaat. Dit lijkt op de onderwerpregel bij een e-mail, dus je weet al dat het onderwerp uit een of enkele woorden bestaat. Géén hele zin.


6. Je gaat nu bijna aan de inhoud van de brief beginnen, je moet alleen nog de juiste aanhef gebruiken. Een passende manier aanhef bij een zakelijke brief zou zijn: Geachte heer/mevrouw,. Let op: na meneer of mevrouw gebruik je een komma.


7. Vervolgens begin je de brief op een nieuw regel. Hier ga je beginnen met de eerste punten die genoemd zijn in de opdracht. In deze eerste zinnen vertel je de aanleiding, oftewel waarom je de brief schrijft.


8. Als je meer punten uit de opdracht gaat verwerken die meer over de inhoud gaan, begin je een nieuwe alinea. Iedere keer wanneer je een nieuw onderwerp in jouw brief aansnijdt, begin je een nieuwe alinea.


9. Als je de brief gaat afsluiten, dus bijvoorbeeld vraagt om een snelle reactie, of de lezer bedankt, gebruik je een apart afsluitende alinea: het slot.


10. Als laatste zorg je voor een passende afsluiting en ondertekening. Weet jij een goede slotformule? Hoe zeg je gedag in een zakelijke brief? Je schrijft bijvoorbeeld: ‘Met vriendelijke groet,’ of ‘Hoogachtend,’. Vergeet de komma niet! Vervolgens schrijf je op een nieuwe regel je eigen voor en achternaam, met hoofdletters.


Tips voor het schrijven van een zakelijke brief

  • Iedere zin begint met een hoofdletter en eindigt met een punt. 
  • Maak iedere zin kort en krachtig. Hoe korter de zinnen, hoe kleiner de kans op een fout in de zinsopbouw. 
  • Gebruik geen uitroeptekens, afkortingen of smileys in een zakelijke brief. 
  • Herhaal zoveel mogelijk woorden uit de opdracht. Zo maak je de kans op spelfouten het kleinst. 


Hoe wordt een schrijfopdracht beoordeeld?

Bij de examenopdracht die we net besproken hebben kreeg de examinator dit nakijkblad (zie video). Je kon in totaal 13 punten krijgen voor deze schrijfopdracht. Deze punten krijg je cadeau, maar zodra je een foutje hebt gemaakt of iets niet gedaan hebt, gaat er een punt af.


Je wordt beoordeeld op:

  • De inhoud
  • Het taalgebruik 
  • De presentatie en conventies. Deze is bij een e-mail veel beknopter, maar bij een zakelijke brief dus veel uitgebreider. 


Als je alle punten hebt genoemd in de inhoud, zoals deze genoemd werden in de geleide opdracht, krijg je alle 6 punten. Noem je een punt niet, dan gaat er één punt af. Je ziet dat de punten in de opdracht identiek zijn aan de punten op het nakijkblad.


Er wordt ook gekeken naar het taalgebruik. Zonder fouten krijg je hiervoor vier punten cadeau. Maar, als je een fout maakt door onvolledige zinnen te gebruiken, of bijvoorbeeld kiest voor de verkeerde woordkeus, kunnen er punten afgetrokken worden. Als laatste krijg je nog 3 punten voor de conventies.


Leren voor het Nederlands examen

Het examen Nederlands bestaat vooral uit het toetsen van jouw vaardigheden. Om het examen Nederlands met een goede voldoende af te ronden, moet je vooral heel veel oefenen en heel veel lezen. Het voordeel van een zakelijke e-mail en brief is dat je de conventies echt kunt leren. Doe daar je voordeel mee! Leer de conventies, dan weet je zeker dat je deze punten op het examen kunt binnenhalen! Succes!