Samenvatting voor geschiedenis: De Gouden Eeuw in de Republiek der Verenigde Nederlanden
De Gouden Eeuw
We gaan het in deze samenvatting hebben over de economische en culturele bloei binnen de Republiek in de 17e eeuw. Deze periode wordt ook wel de Gouden Eeuw genoemd. De eerste jaren van deze eeuw vielen samen met de opkomst van de VOC en met het Twaalfjarig Bestand vanaf 1609, waarin de 80-jarige oorlog met Spanje tot stilstand kwam en waarin de Republiek als zelfstandige natie erkend werd.
Hoe de VOC met grof geweld en slavernij hun handelssucces binnenhaalde
Laten we beginnen met de Verenigde Oost-Indische Compagnie, oftewel de VOC. De VOC werd opgericht in 1602 (en opgeheven in 1800). De VOC zou je met een moderne term een van de eerste ‘multinationals’ kunnen noemen: Het was lange tijd het grootste handelsbedrijf van de wereld. De VOC wist zeer winstgevend te worden door handelsposten te vestigen in Aziatische landen ten oosten van Afrika, en daar onder andere in die tijd gewilde specerijen vandaan te halen, zoals peper, kaneel, gember of saffraan. Dat waren toen exclusieve smaakmakers voor het voedsel van de elite. Met de handel daarin werd veel geld verdiend. Producten die ook verhandeld werden waren zijde en porselein.
Zo introduceerde de VOC nieuwe waren in Europa, die ze voor veel geld konden verkopen. Voordat de VOC werd opgericht, waren er meerdere compagnieën in de Republiek die met elkaar concurreerden. Maar de Staten Generaal, de vertegenwoordiging van de zeven Noordelijke Nederlanden, besloot de verschillende compagnieën samen te voegen, omdat één compagnie economisch en militair sterker zou staan. De VOC kreeg het monopolie op handel met Azië. Toch was de VOC een particulier bedrijf.
Politieke bevoegdheden van de VOC
De VOC maakte op den duur steeds meer gebruik van haar succes en vroeg (en kreeg) ook politieke bevoegdheden van de Staten Generaal. Drie belangrijke politieke bevoegdheden waren:
1. De VOC kreeg het bestuur van overzeese handelsposten en koloniën in Azië in eigen hand. Zij regeerden daar namens de Staten Generaal van de Republiek, waarbij de VOC-leiders hun eigen beleid konden maken in de koloniën. Ook ging de VOC zelf over de rechtspraak. Een belangrijke taak van de VOC was daarbij het dwarsbomen van vijanden als de Portugezen en Spanjaarden. Ze pikten handelsposities in van deze tegenstanders, waardoor de VOC rijk kon worden en de vijand zwakker werd.
2. Een andere politieke bevoegdheid was dat de VOC zelfstandig verdragen kon afsluiten met de lokale vorsten waar ze aan land gingen. Maar de lokale gemeenschappen waren daar vaak helemaal niet blij mee. Ze vreesden het geweld van de VOC. Eén van de uitgangspunten van de VOC was namelijk: ‘Niet goedschiks, dan kwaadschiks’. Wanneer deze gemeenschappen geen contract wilden sluiten met de VOC voor het leveren van de goederen, was het risico er voor hen om uitgeroeid te worden door strijdkrachten van de VOC. Dit ondanks de christelijke missie, die ze ook nog eens pretendeerden te hebben. Een bekend voorbeeld van zo’n slachtpartij van de VOC is de verovering van de Banda-eilanden in Indonesië (dat toen nog Indië heette). Onder leiding van Jan Pieterszoon Coen werd een groot deel van de bevolking uitgeroeid of tot slaaf gemaakt.
3. En tenslotte had de VOC ook de bevoegdheid tot het beschikken over eigen soldaten, een eigen leger. Deze soldaten beschermden de handelsposten van de VOC, maar werden ook gebruikt om de bewoners te intimideren. Slaven werden als onmisbare arbeidskrachten gezien.
Inkomsten van de VOC
De VOC was dus een particuliere handelsorganisatie, opgericht door de Staten Generaal van de Republiek der Nederlanden, die voor veel rijkdommen heeft gezorgd in de Republiek. De Republiek kon daarmee de strijd tegen Spanje in de 80-jarige Oorlog financieren. Velen zien die inkomsten van de VOC overigens als pure diefstal. Dit economische succes ging vaak ten koste van de plaatselijke bewoners en hun leiders. Er is veel geweld gebruikt in de overzeese koloniën door de VOC en er werd ook gebruikt gemaakt van slavernij.
De VOC was het eerste bedrijf ter wereld waarvan je aandelen kon kopen. Als je een aandeel kocht, deelde je mee in de winst van de VOC. De VOC bood de aandelen te koop aan om de dure en gevaarlijke overzeese tochten te kunnen financieren. Aan het eind van de eeuw, in 1800, toen de Bataafse Republiek de plaats had ingenomen van de Republiek der 7 verenigde Nederlanden, werd de VOC afgebouwd. Het liep al langer niet goed meer en men maakte schulden. Deze werden afbetaald door de Bataafse Republiek.
Oorlogsstrategie van de Republiek: Oorlogseconomie
De Republiek was vanaf 1568 verwikkeld in een militair conflict met de Spaanse Habsburgers, die heftig tegen de onafhankelijkheid van de Zeven Verenigde Provincies waren. Dat was de 80-jarige oorlog. Om deze oorlog te kunnen winnen was geld nodig en dus een sterke en succesvolle economie, die zoveel mogelijk belasting in het laatje bracht van de Republiek.
De Habsburgers waren zelf ook succesvolle handelaren. Zij hadden koloniën in Zuid-Amerika en Azië en wisten hier veel rijkdommen te vergaren. De Spaanse Habsburgers maakten gebruik van huursoldaten in de 80-jarige oorlog. Daarom waren de inkomsten uit koloniën cruciaal om oorlog te kunnen blijven voeren. Het verzwakken van de handelspositie van de Spanjaarden was daarom van groot belang voor de Republiek. Dat deed de Republiek op twee manieren:
1 Het kapen van Spaanse handelsschepen was er een van. Een beroemd voorbeeld hiervan is de verovering van de zilvervloot. Onder leiding van Piet Hein wisten de kapers de zilvervloot te overmeesteren en een enorme buit mee te nemen naar de Republiek.
2. De tweede manier om de handelspositie van de Spanjaarden te verzwakken was door handelsposten te vestigen in gebieden waar de Spanjaarden zich ook al bevonden. Dit was een van de taken van de VOC. Je zou dit oorlogseconomie kunnen noemen.
Hoe ontwikkelde de Republiek zich binnen Europa?
Wat je misschien opvalt is dat zo’n klein, nog maar net gevestigd landje als de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden, in deze 17-e eeuw zo’n indrukwekkende rol kon spelen op het wereldtoneel. Tot de belangrijkste redenen daarvoor behoren de interne of andere conflicten waarmee de gevestigde Europese landen de handen vol hadden. Zowel in Frankrijk, Engeland, Spanje als het Heilige Roomse Rijk van de Habsburgers, wat nu Duitsland en Italië is, hadden de vorsten de grootste moeite om de baas te blijven.
De Dertigjarige Oorlog in het Heilige Roomse Rijk
De Dertigjarige Oorlog begon in 1618 en eindigde in 1648. Het was een zogeheten godsdienstoorlog, die begon en zich voornamelijk afspeelde in het Heilige Roomse Rijk. Het woord Roomse sloeg zowel op ‘Romeinse’ (want het had de ambities van het oude Romeinse Rijk) als op het feit dat de Paus te Rome de Habsburgse Keizer had ingezegend.
Maar dit rijk bestond onder andere uit een samenraapsel van staatjes, graafschappen, prinsdommen, bisdommen en hertogdommen, waarvan de Noordelijke protestants waren geworden. Dat pikten de katholieke Habsburgse en Franse vorsten niet. Gevolg: Dertig jaar oorlog, die zich ook uitbreidde naar Frankrijk, Spanje en zelfs naar hun koloniën en de Verenigde Staten. Voor de Republiek der Noordelijke Nederlanden was het alleen maar gunstig, omdat hun grote tegenstander (de Spaanse Habsburgers), werden uitgeput door deze Dertigjarige Oorlog.
Interne conflicten in Engeland en Frankrijk
Ook Frankrijk en Engeland hadden last van interne conflicten die opgelost moesten worden. In Engeland ontstond er een burgeroorlog, omdat een deel van de adel hervormingen wilde doorvoeren, waar de vorst het niet mee eens was. In totaal zouden er drie burgeroorlogen plaatsvinden in Engeland in de 17e eeuw.
Ook in Frankrijk waren er onenigheden tussen een deel van de adel en de vorst. De adel had namelijk kritiek op hoge belastingen en ze waren het er niet mee eens dat hun bevoegdheden werden beperkt. Hierdoor ontstond er een opstand in Frankrijk in het tweede deel van de 17e eeuw. Kortom, de binnenlandse conflicten in Frankrijk, Engeland en in het Heilig Roomse Rijk belemmerden de economische groei van deze gebieden. En ook de Spanjaarden bezweken onder de druk van constant oorlog voeren. Het geld raakte op aan wapens en soldaten.
Gevolgen van de Gouden Eeuw voor de Republiek
Intussen kon de Republiek van de Zeven Verenigde Nederlanden zich losmaken van de Habsburgers en haar economie uitbouwen, in de 17e eeuw. Het werd een economische grootmacht - wat zich ook weerspiegelde in de bloei van cultuur en wetenschap. We zien dat op de volgende gebieden:
A. Handel, welvaart en nijverheid (plaatselijk)
Ten eerste werd bijna de gehele Europese tussenhandel via Nederlandse havens en door Nederlandse handelaren gedaan. Zoals in eerdere video’s al is uitgelegd, werd Amsterdam, na de val van Antwerpen, de stapelmarkt van Europa. In de eerste helft van de 17e eeuw kwamen de steden, en vooral havensteden, in de zeegewesten Holland en Zeeland op het toppunt van hun economisch succes te staan. Mede dankzij de vindingen die we straks onder punt C zien staan.
B. Handel (internationaal)
Ten tweede beheerste de Republiek de wereldhandel. Door het succes van de VOC en in mindere maten van de WIC (de West Indische compagnie) wist de Republiek zich te onderscheiden op internationaal niveau. Ook in het Westen was men actief. Zo werden bijvoorbeeld Curacao, Aruba en Bonaire veroverd.
C. Religie, wetenschap en filosofie
De Republiek was een relatief vrije staat in vergelijking met de omringende katholieke landen. Verschillende godsdiensten werden in de republiek wél gedoogd en er was geen censuur, al mochten katholieken dan van de calvinisten geen openbare missen voordragen. Arbeidsmigranten kwamen vooral uit het Zuiden naar de Republiek, omdat daar veel vrijheid was. Ze brachten vaak kennis en welvaart met zich mee. Door de vrijheid van drukpers in de republiek kwamen er belangrijke denkers naar de republiek, om hun teksten hier te publiceren. De boekdrukkunst waaide over van China, via Duitsland, naar Holland. Nieuwe ideeën op het gebied van wiskunde, sterrenkunde of biologie konden zo verder verspreid worden.
D. Cultuur, kunst, technologie en architectuur
De rijke handelaren en politieke leiders lieten zichzelf en hun vrouwen graag portretteren, en huurden daarvoor schilders in. Ook lieten ze groepsportretten en landschappen, alledaagse taferelen of zeegezichten schilderen. Kijk maar eens rond in het Rijksmuseum in Amsterdam, of ‘t Mauritshuis in Den Haag, het Frans Hals Museum in Haarlem; ze geven een prachtig beeld van die tijd. Maar ook op het gebied van technologie en architectuur gebeurde er een hoop. De trekschuit, straatverlichting, het weefgetouw, wind- en houtzaagmolens, stadhuizen, kerken, pakhuizen of grachtenpanden met hun typische klok- of trapgevels; het ontstond allemaal in deze 17e-eeuw. En toch werd deze tijd niet gekenmerkt door de frivole, romantische, uiterlijkheden, want het Hollandse calvinisme was streng in de leer der soberheid, ook op andere gebieden dan religie.
De term ‘Gouden Eeuw’
Let op: het historische begrip Gouden Eeuw sloeg natuurlijk vooral op de toplaag, de elite, de rijken, die profiteerden van alle handel en rijkdom. Vooral voor hen was het al goud wat er blonk. Het sloeg ook op alle nieuwe ontwikkelingen op vele gebieden die door die rijkdom waren veroorzaakt. Maar het sloeg dus niet op degenen ten koste van wie al die voorspoed behaald kon worden.